Beschrijving
Wat kun je met dit boek?
Leren
Leren tellen van 1 tot en met 5 (of van 1 tot en met 10), de dagen van de week, het verschil tussen dag en nacht, verschillende soorten fruit en natuurlijk de cyclus eitje-rups-cocon-vlinder zijn dingen die het kind, spelenderwijs, met dit boek allemaal kan leren!
Herhalend voorlezen
De korte teksten herhalen zich vaak in dit boek en dat vinden jonge kinderen geweldig. Ze kunnen dan als snel voorspellen wat er gaat komen, en dat is vertrouwd, veilig en fijn. Ook kunnen ze het boek als snel hardop “meelezen”. Meestal kunnen kinderen dan nog niet echt lezen, maar kunnen ze uit hun hoofd meezeggen wat er op de pagina staat.
Eenzelfde boek vaker voorlezen vinden jonge kinderen sowieso vaak fijn! Als ze een boek leuk of mooi vinden, kunnen ze er vaak niet genoeg van krijgen. Voor jou, voorlezer, is het misschien wel saai maar bedenk dat het belangrijk is dat het kind plezier heeft in lezen, en plezier houdt in lezen! Immers, lezen heeft een positief effect op het leren op de kinderopvang en op school. Dus ook al is het voor de vijftigste keer, lees het boek gewoon weer enthousiast voor 😉
Laat het kind “voorlezen”!
Heb je het boek vaker voorgelezen? Vraag dan maar eens of of het kind jou “voorleest”! Je zal verbaasd zijn hoeveel het kind uit zijn/haar hoofd kent! Soms letterlijk wat er op de bladzijde staat!
Het verhaal kijken en luisteren in het Nederlands
Wil je na het voorlezen in je eigen taal, het verhaal ook laten horen en zien in het Nederlands? Dan staat er op YouTube deze mooie animatiefilm die je samen kunt kijken: klik hier voor het filmpje op YouTube
Interactief voorlezen
Voor het lezen
Vraag:
Waar zou dit boek over gaan?
Heb je wel eens een rups gezien? Wat weet je allemaal van rupsen? (Verklap zelf nog niks!)
Tijdens het lezen
Praat over de platen:
Vraag wat de verschillen zijn tussen dag en nacht. Je kunt daarbij de twee prenten van dag en nacht vergelijken (denk aan de maan/zon, donker/licht, …)
Vraag: hoeveel … zie je? (pruimen, aardbeien enz.) Help, als dat nodig is, met tellen! Dat kun je zo doen:
Je kunt laten zien hoe je de dingen uit het boek kunt tellen (met je vinger telkens aanwijzen en tegelijk tellen met woorden: een, twee, drie enz.). Vraag het kind eerst alleen mee te wijzen. Dan kun je na een tijdje wijzen, vragen of het kind ook wil proberen de woorden te zeggen. Help, als het nodig is. Eerst samen oefenen, dan alleen proberen. Je moet tellen heel vaak herhalen voor het kind het zelf kan! Doe het niet te lang achterelkaar. Heb geduld en blijf plezier hebben!
Kent het kind de dagen van de week al? Dan kun je af en toe vragen: wat voor dag was het eerst? Wat is het dan nu? Wat voor dag komt daarna? Kent het kind de dagen van de week niet? Dan kun je samen de dagen van de week oefenen. Dat doe je zo: eerst de dagen van de week een aantal keren voorzeggen, dan mee laten doen. Ook hier geldt: heel vaak samen herhalen. Pas na heel veel oefenen kan een kind het helemaal alleen! Ook hier geldt: geef complimenten als het goed gaat. Als het niet goed gaat, help dan maar benadruk niet dat het niet goed gaat. Positief belonen werkt beter! En doe het niet te lang achterelkaar. Er zijn ook vaak liedjes die je kunt gebruiken om de dagen van de week te oefenen. Zoek maar eens op internet!
Train het geheugen en vraag af en toe: wat heeft de rups nu allemaal al gegeten? Weet je het nog? Blader evt. terug om te helpen.
Vraag bij elk plaatje wat voor soort fruit/eten de rups gaat eten. Lees dan pas de tekst voor. Wat het helemaal goed? Vooral de zaterdag is moeilijk: 10 verschillende dingen die de rups dan eet! Kent het kind alle woorden van de dingen die de rups op zaterdag eet? Help mee als het nodig is. Herhaal, maar alleen zolang het kind het leuk vindt. En blijf positief over wat het kind allemaal al kan! Heb het niet over wat het kind niet kan of weet. Dat komt wel. Plezier staat voorop!
Als de rups na twee weken uit het eitje komt kun je vragen of het kind al weet wat er gaat gebeuren. Kijk samen, door te kijken op de volgende bladzijde, of het klopt!
Na het lezen
Vraag hoe het kind het boek vond. Als het kind het nog een keer wil lezen, en nog een keer, doe dat dan vooral! Stimuleer het leesplezier!
Over de auteur:
Eric Carle (1929- 2021) was een Amerikaanse ontwerper en illustrator. Hij heeft meer dan 70 boeken geïllustreerd, waarvan hij de meeste ook zelf geschreven heeft. Zijn inspiratiebron waren de wandelingen die hij als klein jongetje maakte, samen met zijn vader, in de natuur. Hij heeft een herkenbare eigen stijl door het gebruik van de collage techniek (knip en plak werk) met door hemzelf beschilderd papier in vele prachtige kleuren. Veel boeken van Eric Carle hebben iets extra’s: geluid, licht, gaatjes in de bladzijdes enz. Wereldwijd heeft Eric Carle meer dan 145 miljoen boeken verkocht. Ook heeft hij vele prijzen gewonnen.
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.